Goede nacht
Interview Mark Schadenberg, ex-militair
Werken bij defensie is avontuurlijk en zwaar.
Mark Schadenberg, ex-militair
Ik ben op mijn 17e bij defensie gaan werken. Omdat ik een weddenschap met vrienden had, die dachten dat ik de opleiding niet zou halen. Ik houd wel van spanning, vliegen en rouwdouwen dus nam ik die uitdaging aan en bewees het tegendeel : ik haalde mijn rode baret. Ruim 13 jaar heb ik bij de luchtmobiele brigade gewerkt. Dat is een eenheid van de landmacht die ingezet kan worden via helikopters en parachutes. Aanvankelijk werkte ik als traumahulp, later als militair verpleegkundige.
In Nederland bestonden mijn werkzaamheden uit oefeningen, meelopen met marsen, ondersteuning bieden bij evenementen zoals Prinsjesdag, lesgeven, medische besprekingen over mensen met klachten. Ook liep ik stages bij ambulances en in het ziekenhuis om mijn medische kennis en vaardigheden op peil te houden. Ik ben regelmatig uitgezonden naar landen waar onrust heerste, zoals Afghanistan.
Op missies wordt vierentwintig uur paraatheid gevraagd
Op missies in het buitenland slaap je vaak met meerdere personen in een ruimte waardoor slapen lastig is. Er zijn altijd weer mensen die eruit moeten en binnenkomen na een dienst. Er wordt immers 24 uur lang paraatheid gevraagd. En we zitten daar omdat er onrust heerst, dat geeft veel extra druk en spanning. Daar kwam bij dat ik, als verpleegkundige, vaak gestoord werd tijdens mijn rusttijden. Mannen die net terug komen van hun patrouille lopen willen toch even hun ei kwijt en willen weten hoe ze met fysieke klachten, vermoeidheid of andere problemen om moeten gaan.
Zowel in Nederland als op mijn buitenlandse missies heb ik te maken gehad met onregelmatige werktijden. In de regel draaide ik daar 2 dagen 12 uursdiensten overdag, daarna 2 nachtdiensten, daarna volgde een uitslaap dag en een vrije dag. Dat was de theorie. In de praktijk was ik veel vaker in touw.
Ik ben mezelf behoorlijk tegengekomen
Wat was het mooie? Ik heb veel mensenkennis opgedaan omdat ik veel met militairen heb gesproken en militairen heb zien vechten, niet alleen tegen de vijand, maar vooral ook tegen hun vermoeidheid, klachten en zorgen. Ik heb ook mezelf echt leren kennen, want ik werd enorm met mezelf geconfronteerd. Natuurlijk heb ik hierdoor ook veel van de wereld gezien en heb ik iets waardevols kunnen doen voor de wereld en voor mijn mede-militairen.
Waar ik met minder plezier op terugkijk is de cultuur die er heerste; Je moet wakker blijven, je moet doorgaan, je spreekt niet met elkaar over klachten, vermoeidheid, stress of heimwee, want dan ben je een mietje. Dit leidde bij veel mensen tot ongezond compensatiegedrag, zoals veel roken, veel koffie, ongezond veel trainen, ongezond eetgedrag, pep middelen, kortere lontjes bij mensen waardoor ruzies ontstonden.
Sporten is gezond maar niet hoe ik het toen deed
Ik ben bijvoorbeeld ongezond veel gaan sporten en koffiedrinken om mijn vermoeidheid te verdoezelen. Ik had nooit rust, want moest altijd bereikbaar zijn, ook buiten mijn diensten, voor mensen met klachten. Daardoor sliep ik veel te weinig. Slapen was al lastig, doordat je vaak met meer personen in één ruimte sliep, waardoor er altijd geluid en beweging was. Het was vaak heet en onrustig door dreigend geweld. Ik sliep daar zelf slecht en weinig en zag ook veel anderen kampen met slaaptekort, slaapproblemen, stress en fysieke klachten.
Ik heb op een gegeven moment besloten dat het anders moest. Vanaf toen ben ik bewuster gaan eten en ben tegen de cultuur in gegaan van ‘je moet wakker blijven’. Gewoon door te gaan slapen als het kon. Als het alarm afging dan was er zoveel lawaai, daar slaap je niet zomaar doorheen, dus daar hoef je niet wakker voor te blijven. Ik heb geprobeerd om de ‘je moet wakker cultuur ‘om te buigen naar ‘slaap wanneer je kunt’ omdat ik zoveel mensen zag met ongezond gedrag, korte lontjes die fouten maakten door slaaptekort. Dat is helaas niet gelukt.
Ik zat niet meer op de goede plek
Op een gegeven moment drong iets duidelijk tot me door, ‘ik hoor hier niet’. Ik voelde me niet gezien en gewaardeerd terwijl ik me onwijs inzette. Ik wilde me verder ontwikkelen als mens, als Mark en niet als militair. Toen ben ik weggegaan bij defensie.
Als ik terugkijk dan zou ik het niet opnieuw doen, bij defensie werken. Vooral vanwege de cultuur daar, dus niet zozeer door die onregelmatige werktijden, want dat vind ik nu nog steeds prima. Behalve de nachtdiensten, ik ben blij dat ik nu de nacht heb om te slapen, dat heb ik echt weer moeten leren namelijk. Je bent zo gevormd om wakker te blijven dat ongemerkt je knop altijd op ‘aan’ staat. Ik heb echt weer moeten leren hoe ik die knop op ‘uit’ kan krijgen.
Een voor mij heel herkenbaar artikel over de cultuur bij defensie :
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/10/11/defensie-negeer-onze-pijn-niet-langer-a3976490