Goede nacht

Interview Tjark de Vries, Directievoorzitter Strukton en voormalig toproeier

Hard werken is niet erg, zolang je voldoende aandacht hebt voor herstel.

Tjark de Vries, Directievoorzitter Strukton (54) en voormalig toproeier.

Ik ben mijn hele leven al gefascineerd door openbaar vervoer, met name treinen en de spoorwegbranche. Na mijn studie civiele technieken aan de TH in Delft heb ik een Nederlandse vestiging opgezet voor het Duitse spoorwegbedrijf Spitzke. Vanaf 2013 ben ik werkzaam bij Strukton, aanvankelijk als directeur projecten en nu als directievoorzitter.

We willen meer waarde toevoegen in minder tijd

Strukton is een grote speler in de spoorwegbranche. Onze uitdaging is om meer reizigers te vervoeren in minder tijd. Wij hebben veel vakkennis in huis, voor onderhoud van het spoor en alles daaromheen van spoorwegbomen tot aan roltrappen en liften aan toe. Maar ook ons bedrijfsonderdeel projecten waar we internationaal actief zijn bij aanleg en innovatie van het spoor. Die brede vakkennis is onontbeerlijk om een goed spoorwegennet te garanderen en de reisbeleving van de passagiers te optimaliseren.

Er wordt veel gevraagd van onze medewerkers. Het merendeel van de werkzaamheden vindt ’s-nachts plaats, als er geen treinen rijden. Dat vraagt naast technische knowhow ook actiegerichtheid, creativiteit en stressbestendigheid. Want je moet soms alleen, soms met anderen die klus klaren binnen die paar uren dat er geen treinen rijden ’s nachts. Dat moet je wel leuk vinden en aankunnen.

Het werken in de nacht is niet voor iedereen weggelegd. 

Ik merk dat onze mensen, net als ik, iets hebben met het spoor. En met werken in de nacht, want dat is een andere wereld. Je hebt veel vrijheid, veel verantwoordelijkheid want je krijgt met je team een eigen klus. Het spoor is dan van jou, het is spannend, je ontwikkelt een sterke betrokkenheid bij het bedrijf en bij elkaar, een  ‘wij gaan de klus klaren’ gevoel, maar het is ook hard werken, want het moet af. En niemand die het ziet, want wanneer jij werkt slaapt de rest en men vindt het heel normaal dat de treinen altijd volgens schema rijden. Daar is achter de schermen wel wat voor nodig dus.

Om leidend te zijn in onze business moeten we zuinig zijn op onze knowhow en dat zit bij onze mensen

Bij Strukton kiezen we bewust voor behoud van eigen mensen met hun vakkennis, omdat we denken in kwaliteit voor de langere termijn. Vakkennis is dan onontbeerlijk, dat wil je in huis houden. Omdat het werk en de werkomstandigheden zwaar zijn en we zo lang mogelijk gebruik willen kunnen maken van de knowhow van onze vakmensen, besteden we bewust aandacht aan veilig en gezond werken.

We experimenteren nu bijvoorbeeld met het gebruik van exoskeletten om de fysieke belasting bij zware taken te verminderen. We scholen jaarlijks onze mensen op het gebied van veilig en gezond werken, we bieden onze mensen een PMO (Periodiek Medisch Onderzoek) aan en begeleiding bij gezondheidsvragen of -problemen.

Slapen vooraf aan de nachtdienst

Ten aanzien van slaap en herstel geloof ik in het voorslapen. Dat betekent dat je vooraf aan de nachtdienst een paar uur slaapt. Je begint dan fit aan de nacht en je pakt wat extra slaap mee, want het is voor veel mensen lastig om na de nachtdienst overdag voldoende te slapen. We kunnen tijdens de nacht niet zoveel herstelmogelijkheden aanbieden, want we hebben ’s nachts slechts beperkt de tijd om de klus te klaren. Het moet gebeuren in die paar uren dat er geen treinen rijden. We vragen dus maximale inzet van onze mensen in die werktijd. Ik geloof ook dat dat kan. Je kunt je lichaam pushen om hard te werken, zolang je het ervoor en daarna mogelijkheden voor herstel geeft. Dat heb ik ook ervaren in mijn studententijd toen ik als toproeier actief was.

Werken aan het bespreekbaar maken van dingen

We besteden ook aandacht aan het bespreekbaar maken van stress en werkdruk. Dat kan lastig zijn omdat mensen gewend zijn om ‘hun eigen ding te doen’. Het werk impliceert dat je zelfstandig kunt werken en beslissingen kunt nemen, uiteraard binnen de veiligheidsafspraken. Het ligt niet in de aard van onze mensen om aandacht te besteden aan stress en werkdruk, het hoort er gewoon bij. Toch wil ik hiermee doorgaan omdat ik geloof dat open communicatie over werkdruk en stress ons input geeft hoe we gezonder, veiliger en innovatiever kunnen werken.

Zo delen we bijvoorbeeld veiligheidsincidenten en (bijna) ongelukken met alle medewerkers via een work and safety app op hun smartphone. We onderzoeken samen met de betrokkenen hoe het heeft kunnen gebeuren en wat ieder in hun eigen rol kan doen om dit in de toekomst te voorkomen.

Omdat het werk en de werkomstandigheden zwaar zijn, is het voor ons belangrijk om vooruit te denken. We willen ouderen de kans geven om een stapje terug te doen en hun kennis door te geven aan anderen en willen aantrekkelijk zijn voor jongeren. Dat is natuurlijk lastig in onze branche, want niet iedereen zit te wachten op onregelmatig en nachtelijk werk. Daarom onderzoeken we samen met andere betrokken partijen hoe we meer regelmaat en ruimte kunnen generen om het werk aantrekkelijk te houden, ook op de langere termijn.  

Strategie bedenken gaat sneller dan implementeren

Ik bedenk de strategie van dat vitaliteitsbeleid, maar ben ook realist genoeg om te beseffen dat de vertaling daarvan naar de operatie lastig is. Het inplannen van onze werkzaamheden bijvoorbeeld is echt complex en daardoor lastig om voor iedereen optimaal in te regelen. Maar elke stap richting gezonder roosteren is er één.

Ikzelf draai slechts incidenteel nachtdiensten, wanneer ik meeloop bij projecten of onderhoud. In het verleden heb ik wel veel in de weekenden gewerkt. Dan merkte ik altijd dat het lastig is om na een lange werkdag je ogen open te houden op weg naar huis. Ook was ik toen vaker verkouden en had ik een korter lontje. Ik weet dus wat het met je doet als je onvoldoende herstelmogelijkheden hebt. Daarom vind ik het belangrijk om aandacht te blijven besteden aan de vitaliteit van onze medewerkers. We hebben ze hard nodig.

Zitten jouw medewerkers lekker in hun vel? Dan zitten ze beter op hun plek - letterlijk en figuurlijk. Dat uit zich in meer werkplezier, meer motivatie, meer betrokkenheid, betere prestaties en een duurzamere inzetbaarheid.